GODIN dressoir en kachel in groen en wit geëmailleerd gietij

GODIN dressoir en pan in groen en wit geëmailleerd gietijzer, daterend uit +/- 1880

Afmetingen: H 85 x B 85 x D 34 cm.

Op te halen in Haltinne-Gesves.

Buffetpan in de vorm van een halve maan in gietijzer geëmailleerd in groen en wit, rustend op vier kleine gebogen en lommerrijke poten. Het dressoir opent met vier wit geëmailleerde bladeren met opengewerkte neorenaissancistische decoratie met arabeskpatronen rondom een centrale putto, geëmailleerd in blauw, met daarin een vuurpot. Een soortgelijk decor bevindt zich op de bovenste lade van het buffet, maar deze keer houden de putti een brandende fakkel vast.
De basis en de pilaren zijn groen geëmailleerd, de laatste zijn versierd met gecanneleerde pilasters versierd met fruit en acanthusbladeren.
Werk gedaan in de jaren 1880.
De dressoirkachel, die al in de 16e eeuw werd gemaakt, werd in het midden van de 18e eeuw echt geperfectioneerd en werd een paradepaardje van de industriële revolutie in de 19e eeuw. Het biedt een effectief alternatief voor houtverwarming in open haarden: met zijn gesloten haard voorkomt het warmteverlies en kan lucht worden gemengd die de hele kamer verwarmt. De exploitatie met steenkool maakt ook een economie van hout mogelijk, waarvan het massale gebruik in de 18e eeuw leidde tot aanzienlijke ontbossing in Europa.
De kachel is gemaakt van gietijzer dankzij de metallurgie die in die tijd vorderde, deze werd overvloediger en goedkoper. De Franse industrieel Jean-Baptiste Godin (1817-1888) was een van de voorlopers en een groot uitvinder op het gebied van kachels. Hij diende verschillende patenten in voor uitvindingen die hem tijdelijke exclusiviteit verzekerden, zoals in 1851, van het emailleren van meubels en voorwerpen gemaakt van gietijzer! In feite beschermde het geëmailleerde en opengewerkte gietijzer op de kleppen de bewoners tegen brandwonden door verhit metaal, terwijl het tegelijkertijd de warmte liet circuleren en decoratieve aspecten bood die variabel en aanpasbaar waren aan de smaak van de klanten.
De kachel maakt deel uit van de evolutie van wooncomfort en wordt dankzij de inrichting en bijzondere esthetiek snel geïntegreerd in interieurs. In feite draagt de kachel bij aan de inrichting van de kamer, op dezelfde manier als meubels of decoratieve voorwerpen. Net als de decoratieve kunsten en architectuur van de 19e eeuw volgen de vormen de 'neostijlen' in de mode. De zoektocht naar stilistische nieuwigheid is daarom geen prioriteit voor industriële fabrikanten. Vervolgens laten ze zich inspireren door decoratieve vormen uit het verleden om hun klanten mooie en praktische objecten aan te bieden die het resultaat zijn van technische vooruitgang.
Bron:
F.Marneffe, „De gietijzeren kachel, een revolutionair object”, tentoonstellingsbrochure, La Fonderie — Brussels Museum voor Industrie en Arbeid, 2016