Pastis komt oorspronkelijk uit Provence, Frankrijk, en is ontstaan in de vroege 20e eeuw als antwoord op de verbodswetgeving op absint. Het werd al snel populair als een aperitief, bijzonder in de Zuid-Franse cultuur, waar het vaak wordt gedronken in het gezelschap van vrienden.
Pastis wordt vaak aangelengd met koud water. Dit zorgt ervoor dat de drank een melkachtige, troebele kleur krijgt en de smaken volledig tot hun recht komen. Het wordt meestal geserveerd met een aantal ijsblokjes en is ideaal voor warme zomerdagen.
De belangrijkste ingrediënten van pastis zijn steranijs en zoethout, maar er worden ook diverse andere kruiden en specerijen aan toegevoegd. Deze combinatie zorgt voor de herkenbare smaak en aroma van pastis, dat zowel zoet als kruidig kan zijn.
Je kunt pastis zowel puur drinken als in cocktails gebruiken. Veel mensen genieten ervan als aperitief voor de maaltijd, maar het kan ook een interessante smaakmaker zijn in verschillende drankjes, van eenvoudige mixers tot complexere cocktails.
Na opening blijft pastis doorgaans enkele jaren goed, zolang het op een koele, donkere plek wordt bewaard en goed wordt afgesloten. De smaak kan na verloop van tijd iets veranderen, maar over het algemeen blijft het een uitstekende drank.