Voor gutsen kun je het beste kiezen voor houtsoorten zoals esdoorn, berken, of populier. Deze houtsoorten zijn relatief zacht en gemakkelijk te bewerken, wat ideaal is voor beginners. Hardhout zoals eik of hout van olijfboom kan ook gebruikt worden, maar deze vereisen meer ervaring en kwaliteit in je gutsen om goed te snijden.
Voor gutsen heb je in ieder geval een paar gutsen nodig, zoals een steekguts en een vermetguts. Daarnaast zijn een snijplank of stevig werkoppervlak essentieel, evenals andere tools zoals een hamer of een beitel. Vergeet ook niet om veiligheidshandschoenen te dragen om jezelf te beschermen tijdens het snijden, en gebruik een scherp gemaakte guts voor betere resultaten.
Onderhoud je gutsen door ze regelmatig af te vegen na gebruik en met de hand schoon te maken, om houtresten te verwijderen. Het is belangrijk om ze scherp te houden, dus slijpen is een must. Gebruik hiervoor een slijpsteen of een speciale slijpmachine. Bewaar je gutsen op een droge plek om roestvorming te voorkomen.
De basisprincipes van gutsen zijn eenvoudig: je moet weten hoe je de guts veilig en effectief gebruikt. Begin met lichte druk; oefen op een stuk resthout om de controle te leren. Het is belangrijk om de snijrichting in gedachten te houden, en altijd van je af te snijden. Kies het juiste type guts voor het gewenste resultaat.
Als beginner kun je het beste beginnen met een eenvoudige snit in een softwood, zoals populier of berk. Zoek naar eenvoudige designs online of in boeken en begin met oefenen. Neem de tijd om de technieken onder de knie te krijgen; geduld is belangrijk bij gutsen. Vergeet niet je gereedschap scherp te houden voor betere resultaten.