Delirium kan verschillende oorzaken hebben. Vaak is het het resultaat van een lichamelijke aandoening zoals een infectie, een operatie of het gebruik van bepaalde medicijnen. Maar ook factoren zoals slaapgebrek, alcohol- of druggebruik kunnen bijdragen aan het ontstaan van delirium. Het is dus belangrijk om de onderliggende oorzaak te identificeren voor een juiste behandeling.
Je kunt delirium herkennen aan veranderingen in het gedrag en de mentale toestand van iemand. De persoon kan verward of desoriënteerd zijn, moeite hebben om informatie te verwerken en veranderingen in het bewustzijn vertonen. Soms zie je ook fysiek gedrag, zoals rusteloosheid of juist extreme slaperigheid. Let op hallucinaties of wanen, wat ook vaak voorkomt.
De gevolgen van een delirium kunnen variëren. Het kan een kortdurende toestand zijn, maar in sommige gevallen kan het leiden tot langdurige problemen, vooral bij ouderen. Dit kan een verminderd cognitief functioneren zijn of zelfs een negatieve impact op hun herstel van de onderliggende aandoening. Bij tijdig ingrijpen kan het herstel echter aanzienlijk worden verbeterd.
Als je met iemand te maken hebt die een delirium heeft, is het cruciaal om rustig en geduldig te blijven. Probeer duidelijke en eenvoudige instructies te geven. Zorg voor een rustige omgeving en beperk prikkels. Het kan ook helpen om vertrouwde personen in de buurt te hebben, zodat de persoon zich veilig voelt. Professionele zorg is soms ook nodig.
Delirium en dementie zijn verschillende toestanden. Delirium is vaak tijdelijk en veroorzaakt door een specifieke, vaak medische, oorzaak. Dementie daarentegen is een progressieve aandoening die een geleidelijke afname van cognitieve functies met zich meebrengt. Waar delirium snel kan optreden en fluctuerende symptomen vertoont, is dementie meestal constant en verslechterend.