Als je tuin een schaduwrijke plek heeft, kun je kiezen voor planten zoals astilbe, hosta en varens. Deze planten gedijen goed in de schaduw en geven kleur en textuur aan je tuin. Vergeet niet om de grond goed te voorbereiden en voldoende vocht te geven, omdat schaduwplekken vaak ook droger kunnen aanvoelen dan je denkt.
In de zomer is het belangrijk om je planten regelmatig water te geven, vooral tijdens droge periodes. Zorg ervoor dat je de planten in de vroege ochtend of in de avond water geeft, zodat het water niet direct verdampt. Ook is het goed om te mulchen, dit helpt om de grond vochtig te houden en onderdrukken van onkruid te bevorderen.
Inheemse planten zijn vaak beter aangepast aan het lokale klimaat en de bodem, waardoor ze minder onderhoud nodig hebben. Ze trekken ook nuttige insecten aan, zoals bijen en vlinders, wat kan helpen bij de bestuiving. Het gebruik van inheemse planten bevordert de biodiversiteit in je tuin en ondersteunt het lokale ecosysteem.
Om je planten te beschermen tegen ongedierte, kun je beginnen met regelmatig controleren op tekenen van plagen. Natuurlijke middelen zoals neemolie of insektendodende zeep kunnen effectief zijn. Het is ook nuttig om nuttige insecten aan te moedigen, zoals lieveheersbeestjes, die zich voeden met schadelijke insecten. Zorg voor een gezonde en evenwichtige tuin waarin je planten elkaar ondersteunen.
Bij het kiezen van planten voor je tuin, is het belangrijk om rekening te houden met de zon- of schaduwbehoeften, de bodemsoort en de vochtigheid. Denk ook aan de hoogte en de bloeitijd van de planten, zodat je een mooi verloop van kleuren en structuren creëert. Vergeet niet om na te gaan of de planten goed samengaan, wat kan bijdragen aan een harmonieuze uitstraling van je tuin.