Druivelaren hebben een zonnige en warme plek nodig om goed te groeien. Een ligging op het zuiden of westen is ideaal, omdat ze veel zonlicht nodig hebben voor een goede fotosynthese en om zoetere druiven te produceren. Zorg ervoor dat de grond goed doorlatend is, want druiven kunnen niet goed tegen natte voeten.
In het begin, vooral als je druivelaar net geplant is, is het belangrijk om regelmatig te bewateren zodat de wortels zich goed kunnen ontwikkelen. Na de eerste groei, kun je de frequentie van het water geven aanpassen aan het weer. Een druivelaar heeft ongeveer eens in de week water nodig, maar in droge periodes kan dit vaker. Let er wel op dat je de plant niet overwaterd!
Druivelaren hebben steun nodig om rechtop te groeien en om de trossen te ondersteunen. Dit kan in de vorm van een hekwerk, spandraad of een andere stevige constructie. Zorg ervoor dat je de takken van de druivelaar voorzichtig kunt vastbinden, zodat ze niet breken en lekker vol vrucht kunnen dragen.
Het is belangrijk om regelmatig je druivelaar te inspecteren. Let op verkleuring van de bladeren, vlekken of schimmel. Ook een afname van de groei of het afvallen van bloemen kan wijzen op ziektes. Een veelvoorkomende ziekte is meeldauw, herkenbaar aan witte poederachtige vlekken. Bij schimmels en insecten is het vaak goed om biologisch afbreekbare middelen in te zetten in plaats van agressieve chemicaliën.
Het kweken van druiven in je tuin heeft vele voordelen. Naast het feit dat je je eigen druiven kunt plukken voor consumptie of wijn, geven ze ook een mooie uitstraling aan je tuin. Druivelaren zijn bovendien een aanwinst voor de biodiversiteit in je tuin, omdat ze insecten aantrekken en een schaduwrijke plek creëren. Ze zijn relatief eenvoudig te onderhouden en kunnen met de juiste verzorging jaren meegaan.