Een interne harde schijf is meestal ingebouwd in je computer of laptop en zorgt voor de opslag van het besturingssysteem en je bestanden. Een externe harde schijf daarentegen, sluit je aan via USB of eSATA en is gemakkelijk mee te nemen. Externe harde schijven zijn ideaal voor back-ups of extra opslagruimte.
Om een harde schijf te formatteren, moet je deze eerst aansluiten op je computer. Ga vervolgens naar ‘Schijfbeheer’ op Windows of ‘Schijfhulpprogramma’ op Mac. Selecteer de schijf en kies de optie om te formatteren. Let op: dit verwijdert alle gegevens op de schijf, dus zorg ervoor dat je een back-up hebt gemaakt van belangrijke bestanden.
Een SSD (solid-state drive) is sneller, stiller en verbruikt minder energie in vergelijking met een HDD (hard disk drive). Bij een SSD zijn er geen bewegende onderdelen, waardoor ze minder gevoelig zijn voor schokken. Dit maakt ze ook ideaal voor laptops en gebruik in mobiele apparaten, waar snelheid en duurzaamheid belangrijk zijn.
Ja, je kunt een harde schijf gebruiken met verschillende besturingssystemen, maar je moet erop letten dat ze in een compatibel formaat zijn geformatteerd. NTFS werkt bijvoorbeeld goed met Windows, terwijl Mac gebruikmaakt van APFS of HFS+. Er zijn ook bestandsformaten zoals exFAT die met zowel Windows als Mac werken.
Je kunt merken dat het tijd is om je harde schijf te vervangen als je vaak foutmeldingen krijgt, langzame prestaties ervaart of als je vreemde geluiden hoort tijdens het gebruik. Het is ook verstandig om je harde schijf te vervangen als je geregeld back-ups maakt en belangrijke gegevens hebt opgeslagen.