Lieveheersbeestjes spelen een cruciale rol in het ecosysteem. Ze helpen bij het bestrijden van plaaginsecten zoals bladluizen, wat belangrijk is voor de gezondheid van planten. Door deze natuurlijke vijand in je tuin te hebben, verminder je de noodzaak voor chemische bestrijdingsmiddelen, wat weer goed is voor de biodiversiteit en het milieu.
Er zijn verschillende manieren om lieveheersbeestjes naar je tuin te lokken. Je kunt beginnen met het planten van bloemen die nectar en pollen bieden, zoals dille, koriander of allerlei soorten bloemen met een open vorm. Vermijd het gebruik van pesticiden, omdat deze schadelijk zijn voor lieveheersbeestjes, en zorg ervoor dat je een gevarieerde tuin hebt zodat er gedurende het seizoen voedsel beschikbaar is.
Er zijn meer dan 5000 soorten lieveheersbeestjes wereldwijd, maar in België en Nederland zijn de meest voorkomende soorten de zevenstip (Coccinella septempunctata) en de twee stippen (Adalia bipunctata). Deze lieveheersbeestjes zijn herkenbaar aan hun kleuren en stippen. Elk type heeft unieke kenmerken en kleuren die ze onderscheiden van andere soorten.
Om een mannelijke en vrouwelijke lieveheersbeestje te onderscheiden, moet je goed naar de grootte en het lichaam kijken. Over het algemeen zijn de vrouwtjes wat groter en breder dan de mannetjes. Ook hebben ze vaak een iets andere kleur of patroon, afhankelijk per soort. Bij sommige soorten kan de mannetjes een flinterdunne lijn in het midden van hun rug hebben die bij vrouwtjes ontbreekt.
De levenscyclus van een lieveheersbeestje bestaat uit vier fasen: ei, larve, pop en volwassene. Het begint met de eieren die door de volwassen lieveheersbeestjes worden gelegd op of nabij planten. Na enkele dagen komen de larven uit, die snel groeien en veel plaaginsecten eten. Na ongeveer 2 tot 3 weken verpoppen ze en na nog een paar weken komen de volwassen lieveheersbeestjes tevoorschijn, klaar om hun rol in het ecosysteem te vervullen.