De belangrijkste ingrediënten in whisky zijn water, graan en gist. Het graan levert het zetmeel dat omgezet wordt in alcohol tijdens de fermentatie. Vaak worden gerst, maïs, rogge of tarwe gebruikt, afhankelijk van het soort whisky dat geproduceerd wordt. Het type graan heeft invloed op de smaak en het aroma van het eindproduct.
Whisky moet minimaal drie jaar rijpen in een eikenhouten vat volgens de wetgeving. Echter, veel distilleerderijen kiezen ervoor om hun whisky veel langer te laten rijpen, soms wel tot tientallen jaren. Tijdens deze rijping ontwikkelt de whisky complexe smaken en aroma's, die afhankelijk zijn van het soort vat en de omgevingsfactoren zoals temperatuur en luchtvochtigheid.
Single malt whisky komt uit één distilleerderij en is gemaakt van 100% gemoute gerst. Blended whisky daarentegen is een mix van verschillende malt- en graanwhisky's, uit verschillende distilleerderijen. Het mengen kan verfijnde en complexe smaken opleveren, terwijl single malt whisky vaak de unieke kenmerken van de betreffende distilleerderij weerspiegelt.
Om whisky optimaal te proeven, begin je met het observeren van de kleur met veel licht. Vervolgens kun je de aroma's waarnemen door het glas voorzichtig te bewegen en diep in te ademen. Neem een kleine slok en laat de whisky even in je mond rusten om de smaken te voelen. Neem daarna pas een slok en ervaar de afdronk voor een complete ervaring.
De beste glassoorten voor het drinken van whisky zijn vaak de glazen met een bolle vorm, zoals de Glencairn of een tumbler. Deze vormen helpen de aroma's beter tot hun recht te laten komen. Een tumbler is geweldig voor het genieten van whisky met ijs of water, terwijl een Glencairn ideaal is voor puur drinken, omdat het de aroma's meer concentreert.