Enkele kenmerken van naïeve kunst zijn de onschuldige stijl, eenvoudige vormen en levendige kleuren. Het is vaak zonder complexe technieken gemaakt en geeft een authentiek gevoel van de kunstenaar's visie op de wereld. De onderwerpen zijn meestal alledaags en kunnen verwijzen naar familie, natuur of gemeenschapsleven, wat het werk toegankelijk en herkenbaar maakt.
Er zijn verschillende bekende naïeve kunstenaars, zoals Henri Rousseau, Wihelm Kauffmann en Grandma Moses. Deze kunstenaars hebben elk op hun eigen manier bijgedragen aan de ontwikkeling van naïeve kunst en hun werken worden nog steeds bewonderd door velen. Hun unieke stijl en onconventionele benadering maken hun kunstwerken bijzonder.
Naïeve kunst was vooral populair in de late 19e en het begin van de 20e eeuw, maar het heeft zijn aantrekkingskracht tot op de dag van vandaag behouden. Vele kunstenaars ontdekten de mogelijkheden van deze kunstvorm in tijden van veranderende kunststromingen. Het was een tijd waarin mensen een behoefte hadden aan eenvoud en echtheid in kunst.
Naïeve kunst verschilt van traditionele kunst voornamelijk in de techniek en opleiding van de kunstenaar. Naïeve kunstenaars hebben vaak geen formele kunstopleiding en werken met een intuïtieve benadering, terwijl traditionele kunstenaars zich aan bepaalde regels en technieken houden. Dit resulteert in een uitstraling van spontaniteit in naïeve kunst, die als minder gestructureerd kan worden ervaren.
Mensen kunnen geïnteresseerd zijn in het verzamelen van naïeve kunst om verschillende redenen. Sommigen waarderen de unieke, onconventionele stijl en de oprechte uitdrukking van emoties in het werk. Anderen zijn misschien gefascineerd door het verhaal achter het kunstwerk of de kunstenaar. Naïeve kunst kan ook een gevoel van nostalgie oproepen, wat het aantrekkelijk maakt voor verzamelaars die op zoek zijn naar bijzondere en betekenisvolle stukken.