De knotwilg heeft verschillende unieke kenmerken. Zijn ronde kroon maakt hem direct herkenbaar. Daarnaast heeft hij een sterke, vezelige schors en knoppen die in de lente opengaan. Deze bomen kunnen heel oud worden, soms wel honderden jaren. Ze hebben een bijzonder karakter door hun manier van groeien, waarbij de takken op verschillende hoogtes zich uitstrekken. Dit maakt ze niet alleen visueel aantrekkelijk, maar ook heel waardevol voor het ecosysteem.
Om je knotwilg gezond te houden, is het belangrijk om hem regelmatig te snoeien, meestal eens in de drie tot zes jaar. Verwijder dode of zieke takken en zorg dat de boom voldoende licht krijgt. Daarnaast is het goed om de grond rondom de boom regelmatig te kontrolleren op vocht en voedingsstoffen. Als je merkt dat de bladeren verkleuren of er ongezonde plekken ontstaan, kan dit een signaal zijn dat je aan de slag moet met voeding of water.
De knotwilg heeft een rijke geschiedenis in België, vooral in de landelijke gebieden. Deze bomen werden oorspronkelijk veel aangeplant voor hun hout, dat gebruikt werd voor verschillende doeleinden. Hun unieke snit en vorm zijn ontstaan door de manier van snoeien die al eeuwenlang wordt toegepast. Ze maken deel uit van het agrarisch landschap en zijn een belangrijk element in de lokale folklore en cultuur. Tot op de dag van vandaag worden ze nog steeds gewaardeerd en behouden.
Knotwilgen zijn uitstekende biodiversiteitsversterkers. Ze bieden schuilplaatsen en voedsel voor een breed scala aan insecten, vogels en andere dieren. Daarnaast verbeteren ze de bodemstructuur en kunnen ze helpen bij het voorkomen van erosie. Bijen en andere bestuivers worden vaak aangetrokken door de bloesems van knotwilgen, wat bijdraagt aan de algehele gezondheid van het ecosysteem in de omgeving.
Als je een knotwilg in je tuin wilt planten, zijn er verschillende manieren om deze te combineren met andere planten. Je kunt kiezen voor lagere bloeiende planten rondom de stam of zelfs gras, wat een mooi contrast biedt. Ook zie je vaak dat een knotwilg goed samengaat met andere bomen en struiken, zoals fruitbomen of heggen. Denk aan de schaduw die de knotwilg biedt; plant daaronder schaduwminnende bloemen of bodembedekkers voor een mooie, diverse tuin.